Schreeuwend, huilend, helemaal overstuur loop ik over het brede strand. Een jonge barman uit Schiedam is van het dak gesprongen. Ik ken hem wel. Niet goed, maar wel als een vriendelijke jongen die altijd geïnteresseerd was hoe het met me ging. Het is gelijk chaos in mijn systeem. Flashbacks wisselen zich af met ervaringen uit mijn therapie in het heden. In korte flitsen schieten beelden van Joska in alle leeftijden door mijn hoofd. Het kleine meiske, mijn kindje, op mijn schoot, wordt gevolgd door haar laatste gang in het station. De jonge daadkrachtige vrouw die ik zag op de beelden van de beveiliging, het vredige gezichtje van mijn dochter, opgebaard in mijn woonkamer. Mijn prinsesje zo mooi. Paniek, pijn, verdriet, ongeloof, de ontastbare waarheid van het grote ‘nooit meer’. Mijn hele zijn verwart de draden van de ouders van de jongen met de mijne. Het moment dat zij het hoorden brengt me in een korte seconde naar mijn moment van horen in het verre Spanje. De volkomen onwaar...